Otto Bleker stuurde mij in juli 2018 twee fotoalbums van Ton Bach die korte tijd werkte als machinist bij de suikerfabriek Wonji in Ethiopië. Net na WO II gingen bedrijven als Stork, Werkspoor en Heemaf verder waar ze al vanaf 1900 mee begonnen waren; Het bouwen en inrichten van fabrieken over de hele wereld, zoals suikerfabriek WONJI in Ethiopië. Rondom de fabrieken ontstonden dorpjes waar de ingenieurs, monteurs, machinisten, technici en andere werklui zich tijdelijk vestigden totdat het project klaar was en dan vertrok men weer (vaak naar een ander land) voor de volgende klus, zoals ook Ton Bach. Na zijn schooltijd (1944) gaat Ton Bach werken bij NV Stoomvaartmaatschappij Nederland en werkt daar tot 1951 als machinist op het schip. Daarna gaat hij enkele jaren werken als machinist bij suikerfabriek Wonji in Ethiopië. De fotoalbums die hij ons naliet zijn uniek en geven een mooi beeld hoe het er tussen 1951 en 1955 aan toe ging. De hele Nederlandse industrie was bij dit project betrokken. Ton Bach heeft de meeste foto's voorzien van een korte beschrijving. Klik op de foto's om te vergroten.


Ton Bach (links) tijdens de installatie van een machine in suikerfabriek Wonji (1951). 


600 KW Stork tegendrukturbine met Heemaf generator geleverd aan suikerfabriek WONJI in opdracht van de H.V.A. in de proefstand van de Stork fabriek (1953). Bron: Geheugenvannederland.nl (Stork archief). 

Luchtfoto suikerfabriek WONJI in Ethiopië uit het album van Ton Bach.

ALBUM 1: (foto's van de voorbereidingen, de bouw en inrichting van de fabriek +opening fabriek door Keizer Selassie en een bezoek van H.M. Prins Bernhard)

 

 

 

 


Bezoek Keizer Selassie  

 

 


Bezoek H.M. Prins Bernhard.

 


Bezoek H.M. Prins Bernhard.

 

   
Links een kaart van het noordelijke deel van Ethiopië met aangegeven waar de suikerfabrieken Wonji en Metahara gelegen is. Rechts de gedenksteen in de oude fabriek van Wonji zoals die vandaag nog te zien is. Bron: fotomateriaal gebruikt bij lezingen van Hans de Gruil, 150 jaar Stork in museum Hengelo.

Oorkonde (kopie) met de namen van allen betrokken bij de bouw van de suikerfabriek Wonli in Ethiopië. Het origineel is op 1 augustus 1953 ingemetseld bij de legging van eerste steen. 

Korte beschrijving over het leven van Anton (Ton) Bach en zijn echtgenote Maria (Rie) Spängberg door Otto Bleker.

Anton Friedrich Christian Bach is op 8 maart 1925 geboren te Amsterdam. Hij trouwt op 9 oktober 1949 met Maria Sophia Spränberg, op 8 oktober 1926 geboren te Amsterdam. Rie overlijdt op 9 januari 2014 en Ton op 18 maart 2018.
Beide ouderparen zijn winkeliers in de Concertgebouwbuurt. De ouders van Rie Spänberg hebben een slagerij, die in 1937, 30 jaar bestaat. De middelbare schoolopleiding van Ton is niet bekend, maar Rie die graag naar de HBS was gegaan, heeft omdat zoiets ‘niet nodig is voor een meisje’ op de Vincent van Goghschool te Amsterdam het ULO-onderwijs gevolgd en op 11 juli 1942 het diploma behaald. Zij volgt daarna nog een secretaresseopleiding bij Schroevers. Ton heeft als padvinder van de Zeeverkenners in 1938 nog een bijzondere belevenis:

De Oranje wordt op 8 september 1938 te water gelaten.Ton Bach is dan 13 jaar en lid van de Waterpadvinders/Zeeverkenners. Zij vormen een erehaag voor koningin Wilhelmina, die het schip zal dopen.

  • De koningin arriveert met de koningssloep; nu in het Scheevaartmuseum.
  • De koningin slaat met een ivoren hamer op het zilveren bijltje.
  • De fles champagne slaat tegen de boeg en de champagne vloeit,
    maar er gebeurt niets.
  • De Oranje blijft onwrikbaar op de helling staan.
  • De koningin is ‘not amused’
  • Zij kan niet weg, want de sloep moet dan langs de helling met het schip,
    dat ieder moment kan aflopen.
  • Het duurt ruim uur en dan glijdt de Oranje alsnog het water in.

Deze gebeurtenis is ook beschreven in het Jaarboek van het Scheepvaartmuseum Hoogtij, maritieme identiteit in feesten, tradities en vermaak, red. Sjoerd de Meer en Joost Schokkenbroek, 2013: 56-7, en ook in Hansje Galesloot e.a. Van oceaanstomers tot mammoettankers. Een eeuw scheepsbouw in Amsterdam-Noord, Stichting Historisch Centrum Amsterdam-Noord, 2007: 43-5.

Na de Tweede Wereldoorlog gaat Ton als machinist op de grote vaart en Rie werkt als secretaresse. Zijn Monsterboekje begint op 26 maart 1946, maar hij heeft allereerst gewerkt op een bijzonder schip. Dat schip was in 1940 nog niet afgebouwd, lag in d4 Amsterdamse haven en is door de bezetter naar Hamburg overgebracht, waar het in 1945 nog onveranderd en ongeschonden bleek te liggen. Ton is als machinist betrokken geweest bij de terug vaart naar Amsterdam van dat schip. Hij vaart vervolgens bij de N.V. Stoomvaart Maatschappij Nederland in Amsterdam.
Schepen:

  • Talisse maart 1946
  • Celebes
  • Manoeran
  • Oranje
  • Roempang tot maart 1951 

De Oranje.
Van juni 1948 tot april 1949 vaart Ton, die dan 23/24 jaar is, als 4e machinist op dat schip de Oranje. Hij maakt er drie reizen mee, onder andere de laatste reis van de toen befaamde kapitein Bakker. Bakker schiep er genoegen in om het schip er een flink van langs te geven; volle kracht vooruit dus.
Bach vond de Oranje wel een ‘slinger bak’, want het schip wentelde – bij storm – nogal gemakkelijk naar de zijkant. Dat hat met de bouw van het schap te maken, een smalle bovenbouw vanwege de tolgelden voor een vaart door het Suezkanaal en een brede onderbouw. In de woorden van Ton: ‘eerst 45 graden naar de ene kant en vervolgens 45 graden naar de andere kant; geen pretje voor de passagiers. Zelf is hij daardoor en doordat hij zo nodig een sigaretje moest rollen in de machinekamer (!) in volle vaart van de ene kant naar de gevallen, zonder persoonlijke schade, overigens.
Hij heeft bij heel slecht weer eens meegemaakt, dat een stewardess ten onrechte en verboden gebruik maakte van een van de slechts drie (3) doorgangen op het schip van het ene boord naar het andere boord. De deuren naar die doorgangen gingen dan automatisch op slot en zij maakte toch een deur open om snel aan de andere kant van de doorgang te komen. Een grote vloedgolf spoelde haar eerst naar het ene boord en vervolgens naar en over het andere boord en zij is nooit meer teruggevonden.

M.S. Oranje (1953), bron: Creative Commons

Het echtpaar trouwt in oktober 1949 en Rie wordt – naar de merkwaardige gewoonte van die tijd – als secretaresse ontslagen. Ton verlaat in maart 1951 de dienst bij de Stoomvaartmaatschappij Nederland. In 1951-1954 gaan Ton eerst en Rie later naar Ethiopië. Ton Bach is dan tweede machinist bij de bouw van een suikerfabriek Wonji door Stork en door personeel van een Italiaanse aannemer.
Na terugkeer in Nederland in 1954, vindt Ton werk in de textiel en verhuist het echtpaar naar Enschede. Vanaf 1962 werkt Ton bij Honig in Koog aan de Zaan en woont het echtpaar in de Koog, Zaandam en Sint Pancras. Na Ton’ s pensionering hebben zijn nog in Apeldoorn, Beekbergen en Velp gewoond. Het echtpaar, dat kinderloos was, heeft altijd en met genoegen de hele wereld bereisd. Ton is altijd de technicus gebleven. Ook in Velp was hij niet alleen voorzitter van de bewoners-commissie van het flatgebouw, maar ook de all-round technicus, die alles wist van verwarming, waterleiding, liften en wat al niet. Rie overlijdt in 2014 en Ton in 2018.

  

Ton Bach

ALBUM 2: (foto's van hoofdzakelijk de voorbereidingen en de bouw van de suikerfabriek WONJI) 

  
Boven en onder (midden) Ton Bach

  

 

 Een Heemaf dynamo zoals die vandaag de dag nog te zien is in de oude fabriek van Wonji. Bron: fotomateriaal gebruikt bij lezingen van Hans de Gruil, 150 jaar Stork in museum Hengelo.

  {jcomments off}

Links nog wat fragmenten van elektrische componenten van de Heemaf en rechts machines van Stork uit de oude fabriek van Wonji. Bron: fotomateriaal gebruikt bij lezingen van Hans de Gruil, 150 jaar Stork in museum Hengelo.

Met dank aan Otto Bleker, Familie Bach, Museum Hengelo. Hans de Gruil. Foto's uit de albums gemaakt door Ton Bach, zijn vrouw of collega m.u.v. de fotokaarten en de luchtfoto's uit Ethiopië. De fotoalbums worden overgedragen aan museum Hengelo.

DMC Firewall is a Joomla Security extension!